We proberen al tientallen jaren hondengedrag te verklaren vanuit verschillende disciplines, te weten: de psychologie, de evolutieleer, de (epi)genetica en de neurologie.
Er is onderzoek gedaan en aan voornoemd rijtje kan nu ook microbiologie worden toegevoegd.
In het lichaam van je hond vindt er communicatie plaats tussen zijn hersenen – het centraal zenuwstelstel – en wat er zijn darmen gebeurt.
ONDERZOEK NAAR AGRESSIE EN DE DARMEN
Op basis van onderzoek lijkt het erop dat de samenstelling van de bacteriebevolking in de darmen van een hond (microbioom) invloed heeft op hoe dieren zich voelen, gedragen en bewegen!
In januari 2019 publiceerde het wetenschappelijke tijdschrift PeerJ een studie over het gedrag van honden in combinatie met de bacteriën die in hun darmen aanwezig zijn.
De onderzoekers vonden namelijk een verband tussen een micro-organisme (microbioom) die in de darmen aanwezig is én de mate van agressief gedrag van een hond
Er werd onderzoek gedaan naar de uitwerpselen (via ontlastingmonsters) van 31 pitbullachtige honden gered uit de vechthondenwereld, die op dat momemt tijdelijk in een asiel woonden. De 31 honden ware ieder geclassificieerd als agressief en niet-aggresief.
De ontlastingsmonsters van alle honden werden verzameld om de darmbacteriën met elkaar te vergelijken in combinatie met het geclassificeerde gedrag (aggresief versus niet-agressief).
Wat bleek?
De samenstelling van de darmflora kan geassocieerd worden met de mate van agressie.
De minder agressieve honden hadden dit microbioom namelijk niet in de ontlasting zitten.
Er lijkt dus een een correlatie te zijn tussen agressie en deze specifieke darmmicroben.
De grote vraag die eigenlijk beantwoord moet worden is: “Wat betekent deze ontdekking voor huisdieren in verband met een mogelijke behandeling voor angst en agressie?”
Volgens Nicole Kirchoff, hoofdauteur van het onderzoek naar darmbacteriën en gedrag van honden van de Oregon State University, is het verband te leggen tussen een gezonde darmflora en een vrolijke hond.
“Ik ben zelf een hondenliefhebber,” vertelde Kirchoff aan journalisten, “dus ik wilde de gelegenheid aangrijpen om deze vraag te beantwoorden, of bacteriën geassocieerd zouden kunnen worden met bepaald gedrag bij honden, in de hoop dat ik de basis kan leggen voor een vrolijkere, minder angstige en zelfs minder agressieve hond. Met het onderzoek hoop ik uiteindelijk met andere behandelingen te kunnen komen en betere informatie te geven over hoe we het algehele welzijn van honden en hun eigenaren kunnen verbeteren.”
Om voornoemde vraag te kunnen beantwoorden startte Kirchoff met een onderzoek bij 31 pitbulls.
Hierbij onderzocht ze één vorm van agressie, namelijk de agressie ten opzichte van andere honden.
Op het commentaar dat het onderzoek slechts een kleine omvang had, zei ze:
“We moeten echt kijken naar een veel grotere steekproefomvang, verschillende rassen en verschillende soorten agressie. In onze studie was het specifiek agressie ten opzichte van andere honden. Deze studie is slechts het begin.”
Sinds de publicatie van het onderzoek heeft haar lab al aanbiedingen ontvangen voor samenwerking en financiering waarmee ze wellicht een grootschaliger onderzoek zou kunnen doen.
De publicatie van het onderzoek is slechts een eerste stap in het bewijzen van een gezonde darmflora en een niet-agressieve hond.
“Het zou toch echt cool zijn als we op een punt zouden komen waar we met dieetinterventies en het gebruik van probiotica kunnen proberen om het gedrag van de hond te veranderen. Dat is een toekomst die ik graag wil zien: probiotische behandeling, prebiotische behandeling, dieetinterventie. Maar we weten niet of de bacterie de agressie veroorzaakt of dat fysiologische veranderingen invloed hebben op de darmbacteriën, aldus Nicole Kirchhoff.”
Hier is dus meer onderzoek voor nodig, want er zijn zoveel vragen nog onbeantwoord gebleven.
De studie biedt wel een ingang voor andere onderzoekers om het werk uit te breiden en die vragen te helpen beantwoorden.
Kirchoff en haar assistent zijn wel voorzichtig met hoe de resultaten naar buiten worden gebracht.
“Hondeneigenaren reageren vooral positief, dat is niet verrassend, want mensen willen graag dat hun honden gelukkig zijn, zonder angst, stress en agressiviteit. Het potentieel voor een therapie is spannend, maar zover zijn we nog lang niet. We adviseren daarom ook nog niet om probiotica in te zetten bij gedragstherapie, totdat alle vragen beantwoord zijn.”
Uiteindelijk is er meer onderzoek nodig om te bepalen of de bevindingen kunnen leiden tot therapieën voor de behandeling van agressie bij honden.
Wordt vervolgd als er meer onderzoekresultaten bekend zijn… interessant is het zeker!
Lees ook het artikel: "De relatie tussen angst en agressie bij honden en de darmflora".
Bron: https://peerj.com/articles/6103/