Herken jij het volgende: je loopt fijn met je hond over straat in en ineens nadert er een andere hond. Jouw hond kijkt en valt zonder pardon uit. Door dit eenmalige incident ben je behoorlijk geschrokken en ben je meer op je hoede. Maar het eenmalige bijtincident wordt van kwaad tot erger en ineens begint je hond vaker uit te vallen. Bij elke keer naderen van een andere hond word jij steeds zenuwachtiger.
Je raakt het vertrouwen in hem kwijt en jouw hond voelt jouw spanning.
Je raakt in een negatieve spiraal.
Elke keer als je een andere hond nadert begint je hond met uitvallen en toont hij voor jouw gevoel agressie…
Maar is jouw hond nu eigenlijk wel agressief en hoe kun je dit mogelijk oplossen?
In deze video gaan we in gesprek met BAT 2.0 specialist Sonja Verhoef van Coach je hond. Sonja is een ervaren hondentrainster die eigenaren helpt om een reactieve, ‘agressieve’, maar ook angstige honden weer terug in het gareel te brengen.
BAT 2.0 hondentraining voor reactieve honden
De BAT 2.0 strategie staat voor: Behavior Adjustment Training (BAT) ontwikkelt voor onder andere reactieve honden.
Kort gezegd is BAT een methode om reactieve en angstige honden te leren hoe ze met situaties om kunnen gaan die voor hen moeilijk zijn. Door middel van deze methode leert de hond om de juiste keuzes te maken. Dus in plaats van grommen en uitvallen leer je de hond om weg te kijken en door te gaan met wandelen.
BAT is ontwikkeld door de Amerikaanse Grisha Stewart.
Mocht jij vragen hebben over deze manier van trainen, stel dan gerust je vragen op ons blog.
Beste Sonja,
Wij hebben nu sinds vier maanden een bulterriër van 7 jaar, ze doet het hartstikke goed!
We hebben alleen 1 puntje waar we niet uitkomen. Zodra ze een andere hond ziet tijdens het wandelen kan ze stokstijf op de grond gaan liggen, ik weet niet zo goed wat ik met deze situatie aan moet. Heb jij misschien tips ?
Groetjes kirsa
Beste Sonja en Dierbewust,
Onze hond van net 1 jaar is erg enthousiast naar honden. Zodra hij een hond ziet is hij erg gefocust en wil er met alle geweld naar toe. Hij begint met trekken, soms piept hij daarbij. Als de hond dichterbij komt begint hij te blaffen als de hond passeert blaft hij zo luid dat hij iedereen afschrikt en mensen met boog voorbij lopen. Hij kan vanuit het niets helemaal uit zijn dak gaan. Niet bij alle honden, soms blijft hij enthousiast kwispelen en gaat snuffelen. Zijn blaf begint dus enthousiast en ongeduldig maar dan slaat het om naar angst of agressie. BAT training spreekt mij aan! Om de nu dagelijkse wandelingen aangenaam te maken zou ik graag willen weten wat ik nu in zo’n situatie het beste kan doen. Mijn hond negeren, stil gaan staan, corrigeren of direct omdraaien?
Dank!
Ha Nina,
Heel herkenbaar! Voor veel mensen met zo’n jonge hond is dit een dagelijkse lastige situatie. Om je vraag direct te beantwoorden: het beste kun je bij de eerste spanningssignalen omdraaien en de afstand vergroten. Dit kan al zijn als jouw hond zijn kop optilt en naar de andere hond kijkt. Op dat moment draai je dus al om. Hiermee los je het probleem niet op, maar het is een begin om überhaupt te kunnen starten met je training. Ik zal straks mijn “Omdraai & Afstand” -oefening geven om je hond op een leuke manier te leren om samen met jou om te draaien als het nodig is, want dat zal nu misschien niet zo makkelijk zijn?
Stilstaan of negeren zal niet helpen omdat het blaffen bijna altijd zelfbelonend gedrag is. Daarbij zal je hond steeds die andere hond associëren met opwinding. Hij gaat steeds weer over een spannings-drempel waar je hem eigenlijk onder wilt houden. Corrigeren is geen optie omdat je daarmee de band met je hond op het spel zet. Corrigeren zal het gedrag wel veranderen, maar het verandert niet de onderliggende reden. (Het is namelijk alsof je hem een examen laat doen waar hij niet voor opgeleid is; vervolgens ‘zakt’ hij natuurlijk, waarna hij correcties krijgt omdat hij ‘gezakt’ is.)
Je geeft aan dat je hond gefrustreerd is; dat betekent dus dat hij moet leren omgaan met situaties die hem frustreren. Dit doe je stapje voor stapje waarbij je het steeds iets moeilijker maakt, maar je zorgt in je training dat hij de oefening nog wel echt kan. In de tussentijd heb je de ‘omdraai-oefening’ voor je dagelijkse wandelingen. Ik kan natuurlijk vanaf hier niet zien wat er nog meer speelt in het gedrag bij jouw jonge hond, maar als techniek zou ik waarschijnlijk een combinatie van BAT en gerichte training op “impulsbeheersing & frustratietolerantie” gebruiken.
Binnenkort geef ik een BAT-dag in Haarlem en een workshop in Drenthe; als je interesse hebt, kun je me mailen: sonja@coachjehond.nl
Succes!
Hi, hieronder de oefening waar ik het over had. Nogmaals, het is geen oplossing, maar een begin om te zorgen dat je kunt gaan trainen:
Coachjehond-oefening: Nette Omdraai & Afstand creëren.
Deel 1: het principe intrainen:
Om het omdraaien een leuke ervaring te laten worden, waarin je hond zelf gaat meewerken, kun je dit het beste apart intrainen. Apart, dus als er geen andere honden of prikkels in de buurt zijn.
De oefening gaat als volgt:
Je hond kijkt naar iets (bijv naar een struik), er staat geen spanning op de lijn, want die hangt in een boogje.
Je zegt de naam van je hond, je hond kijkt naar je en je geeft hem iets superlekkers. Dit herhaal je 1x.
De 3e keer zeg je weer zijn naam op het moment hij ergens anders naar keek. Hij hoort dus zijn naam en kijkt naar jou, je draait je om en jullie doen samen 1 stap met een slappe lijn van de struik af. Dán pas pak je een snoepje en die geef je.
Belangrijk is dat je hond naar iets kijkt, dus niet dat hij ergens aan ruikt. Daarnaast is het belangrijk dat de lijn in een boogje hangt, want zo kun je goed zien of hij met jou bezig is. Dan stop je!
De tweede sessie is na een pauze van ongeveer 2 minuten: herhaal stap 1 en 2 .
In de derde sessie herhaal je stap 2 een aantal keer. Dus je zegt zijn naam als hij ergens anders naar kijkt, vervolgens loop je 1 stapje samen terwijl de lijn in een boogje hangt. Na die ene stap geef je hem een lekker hondensnoepje. Mocht je hond nog niet reageren of de lijn komt strak te staan, dan herhaal je de vorige stappen in een nog meer prikkelarme omgeving. Na deze 3e sessie stop je minimaal een uur voordat je weer verder traint.
Als je weer gaat trainen start je altijd eerst met de laatste óf ena-laatste stap om te kijken of je hond deze stap onthouden heeft. Pas als je hond snel en makkelijk dat ene stapje meeloopt, kun je verder gaan met het 2e deel van de oefening.
Deel 2: “serie van leuk’:
Je hond kijkt naar iets, bijvoorbeeld een struik of boom, auto enz.
Je zegt 1x zijn naam.
Na het noemen van de naam van je hond, draai je om en loop je 2 passen met een slappe lijn terwijl je hem aankijkt. Dan sta je stil en geef je hem een hondensnoepje. Dan loop je direct weer 2-3 passen en geef je hem weer een snoepje. Dit herhaal je over een afstand van ongeveer 10 meter. Zo leert je hond dat het omdraaien vanaf de struik een ‘serie van leuk’ oplevert!
Na die 10 meter wacht je weer even tot je hond ergens naar kijkt. Vervolgens noem je zijn naam, draai om, loop 2 passen en geef je het snoepje, weer lopen + snoepje …. over een afstand van 10 meter.
Herhaal dit nog 1x en dan is het tijd voor de 2 minuten pauze.
Na de pauze doe je de 2e sessie, waarin je 3x de ‘serie van leuk’ oefent.
Als dit makkelijk gaat, kun je verder met deel 3. Let er wel op dat je steeds sessies doet van 3-5 herhalingen. Na elke sessie geef je je hond 2 minuten (speel)pauze en ga je verder met je volgende sessie. Na 3 sessies stop je altijd voor minimaal een uur.
Deel 3: stap voor stap naar de praktijk:
Je hond kijkt nu dus meteen als je rustig zijn naam zegt in een rustige omgeving, hij loopt 10 meter aan een slappe lijn met je mee, onderweg krijgt hij een paar snoepjes.
Nu pas ga je de omgeving moeilijker maken. Bijvoorbeeld: je hond ruikt aan een struik. Of hij kijkt naar een vogel.
Op dat moment zeg je zijn naam en krijgt hij direct een snoepje. Je loopt direct weer 1 stap en hij krijgt een snoepje, daarna loop je direct de rest van de 10 meter en geef je hem om de 2-3 passen een snoepje.
Je leert je hond dus om “om te draaien en 10 meter met jou mee te lopen, weg van de struik/vogel etc”.
In deel 3 ga je dit stapje voor stapje moeilijker maken: train op succes! Maak een lijstje met alledaagse prikkels die je hond moeilijk vindt. Begin bij de makkelijkste en train net zolang totdat die goed gaat, daarna start je je training met een prikkel die iets moeilijker is.
Als het niet lukt of de lijn staat strak, ga je te snel. Je kunt een stapje makkelijker maken in de training óf een professionele trainer vragen mee te kijken. Veel plezier met trainen!